Schijn van belangenverstrengeling bij commissieleden Den Helder wordt harder aangepakt

Den Helder – Voorzitters van commissievergaderingen van de gemeente Den Helder moeten voortaan ingrijpen als de schijn van belangenverstrengeling zich voordoet bij commissieleden. Dat heeft de agendacommissie besloten nadat zowel Kees Bazen (Samen Actief) als Koos van Beveren (GroenLinks) woordvoering deden over een verkeerskwestie en daar ook een amendement over aankondigden, terwijl beide commissieleden vertegenwoordigers van Veilig Verkeer Nederland (VVN) zijn. Bazen en Van Beveren betreuren de opvatting van de agendacommissie en benadrukken dat in dit geval geen sprake van belangenverstrengeling was.

De agendacommissie evalueert standaard de afgelopen raads- en commissievergaderingen. Zo kwam tijdens de vergadering van de agendacommissie van 30 september de commissievergadering Stadsontwikkeling en Beheer van 23 september aan bod. Daarbij werd gesproken over de activiteiten van Bazen en Van Beveren bij Veilig Verkeer Nederland en hoe dat zich verhoudt tot hun bijdragen bij de behandeling van het voorstel over voorrangsregels op rotondes.

Het is namelijk zo dat Bazen voorzitter is van de VVN afdeling Den Helder en Van Beveren secretaris. Deze lokale afdeling van de VVN staat niet achter de plannen van het Helderse college om fietsers op alle rotondes binnen de bebouwde kom voorrang te geven. Van Beveren stuurde hier als secretaris al een brief over naar het college, die onderdeel was van de vergaderstukken bij de commissievergadering van 23 september. Tijdens deze vergadering uitten Van Beveren en Bazen als commissieleden ook hun kritiek op het voorstel van het college en kondigden zij een amendement aan om de plannen te wijzigen.

“Beide commissieleden zijn op enigerlei wijze actief betrokken geweest bij de voorbereiding van het voorstel”, constateert de agendacommissie. De commissie heeft daarom afgesproken dat een commissievoorzitter voortaan in dat soort gevallen de vergadering stil moet leggen en de betrokken commissieleden dan moet wijzen op de vermeende belangenverstrengeling, zo is te lezen in het verslag van de vergadering van de agendacommissie. De voorzitter moet daarbij melden “dat dit bij de behandeling van het voorstel ongewenst is met verwijzing naar de Gedragscode integriteit voor raadsleden”.

Reacties Kees en Koos
Kees Bazen zegt dat in zijn geval geen sprake is geweest van belangenverstrengeling. Hij legt uit waarom: “Veilig Verkeer Nederland is een vrijwilligersorganisatie en ik ben daar voorzitter van, op vrijwillige basis. Wij denken graag mee in het belang van de veiligheid van onze inwoners en we zijn inderdaad kritisch op het raadsvoorstel, maar ik heb geen persoonlijk belang bij de keuzes die worden gemaakt op het gebied van verkeersveiligheid. Het enige wat ik heb is een voorkeur vanuit mijn vrijwilligersfunctie.”

Waarom liet hij de woordvoering niet door iemand anders binnen zijn fractie doen, om ‘de schijn van’ te voorkomen? “Bij een goed inhoudelijk debat gaan de mensen die van de hoed en de rand weten met elkaar in discussie”, reageert Bazen. Hij benadrukt dat dit gebruikelijk is in commissievergaderingen. “Als je een accountant hebt die gespecialiseerd is op financiën, laat je diegene ook de discussie voeren over de begroting. Die persoon heeft daar op dat moment geen persoonlijk belang bij, maar heeft wel de kennis in huis. Het zou gek zijn om iemand die geen verstand van zaken heeft de woordvoering op te laten lezen”, aldus het commissielid van Samen Actief. Al met al vindt Bazen het oordeel van de agendacommissie “een ongelukkige weergave van de situatie”.

Ook Koos van Beveren betreurt de opvatting van de agendacommissie. “Jammer dat het zo naar voren gebracht wordt. Ik vertegenwoordigde op dat moment het standpunt van GroenLinks, daar hebben wij als fractie over gesproken. Het is dus niet mijn persoonlijke mening”, aldus Van Beveren. Het commissielid van GroenLinks legt net als Bazen uit dat juist hij de woordvoering deed omdat verkeer zijn vakgebied is. “Met mijn verworven expertise kan ik een betere bijdrage leveren aan het debat dan iemand die er niets van af weet. Ik denk dat ik naar eer en geweten mijn kennis heb overgebracht”, concludeert Van Beveren.